Algemene voorwaarden

NJI ALGEMENE VERHUURVOORWAARDEN PLEZIERVAARTUIGEN

Algemene Verhuurwaarden Pleziervaartuigen van de Nederlandse Jachtbouw Industrie (NJI) branchegroep van de Koninklijke Metaalunie te Nieuwegein. Gedeponeerd ter Griffie van de Rechtbank te Utrecht op 22-06-2006 onder nummer 165/2006.Uitgave van de NJI , Postbus 2600, 3430 GA Nieuwegein.

© Koninklijke Metaalunie

Artikel 1  Definities en toepasselijkheid
1.1   In deze voorwaarden wordt verstaan onder:
a.  verhuurder: het lid van de Metaalunie branchegroep Nederlandse Jachtbouw Industrie (NJI) dat op bedrijfsmatige basis tegen betaling van een geldbedrag pleziervaartuigen aan derden in gebruik geeft;
b.  huurder: hij (natuurlijk persoon) die, niet handelend in de uitoefening van een beroep of bedrijf (consument) tegen betaling van een geldbedrag pleziervaartuigen van een derde in gebruik heeft;
c.  de huurovereenkomst: de overeenkomst waarbij verhuurder zich verbindt om huurder tegen betaling van een geldbedrag een pleziervaartuig zonder bemanning in gebruik te geven.
1.2        Deze voorwaarden zijn van toepassing op alle tussen verhuurder en huurder te sluiten huurovereenkomsten met betrekking tot pleziervaartuigen.
Artikel 2  Aanbiedingen
Alle aanbiedingen van verhuurder zijn vrijblijvend.
Artikel 3  Tot stand komen van de overeenkomst
3.1        Ter bevestiging van de tussen huurder en verhuurder bereikte overeenstemming over de inhoud van de huurovereenkomst, zal verhuurder aan huurder een contract toesturen.
3.2        De huurovereenkomst wordt aangegaan onder de ontbindende voorwaarde dat binnen 14 dagen na dagtekening:
–    het conform lid 1 van dit artikel aan huurder toegestuurde huurcontract voorzien van een handtekening van huurder door verhuurder retour wordt ontvangen en;
–    een bedrag gelijk aan 50% van de huurprijs op de rekening van verhuurder is bijgeschreven.
3.3        Komt huurder de in lid 2 van dit artikel hiervoor genoemde verplichtingen niet na, dan is de overeenkomst van rechtswege ontbonden. Het staat verhuurder in dat geval vrij om het vaartuig aan een derde te verhuren.
Artikel 4  Huur / Huurprijs
4.1        De huurovereenkomst wordt aangegaan voor de duur en tegen de huurprijs zoals in het huurcontract is vermeld.
4.2        Naast de in het huurcontract vermelde huurprijs is huurder tevens de daarin opgenomen borgsom aan verhuurder verschuldigd, met een minimum bedrag van € 500,=.
4.3        De rechten uit deze huurovereenkomst zijn persoonlijk en daarom niet zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van verhuurder voor overdracht vatbaar.
Artikel 5  Betaling
5.1        Tenzij anders overeengekomen is de huur bij vooruitbetaling verschuldigd en vindt betaling als volgt plaats:
–  50% van de huurprijs binnen 14 dagen na ondertekening van het huurcontract;
–  50% van de huurprijs uiterlijk 30 dagen voor de aanvang van de huurperiode;
–  100% van de huurprijs als de huurovereenkomst wordt aangegaan minder dan 30 dagen voor de aanvang van de huurperiode.
5.2        Wanneer betaling niet heeft plaatsgevonden op de in lid 1 van dit artikel genoemde tijdstippen, is huurder direct rente aan verhuurder verschuldigd. De rente bedraagt 10% per jaar, maar is gelijk aan de wettelijke rente als deze hoger is. Bij de renteberekening wordt een gedeelte van de maand gezien als een volle maand.
5.3        De in het huurcontract genoemde borgsom moet contant bij aanvang van de huurperiode worden betaald. De borgsom zal aan het einde van de overeengekomen huurtermijn aan huurder worden terugbetaald, mits het vaartuig in dezelfde staat als waarin het aan huurder ter beschikking is gesteld aan verhuurder is overgedragen.
5.4        Verhuurder heeft het recht om alle aan het einde van de huurperiode nog door huurder verschuldigde bedragen te verrekenen met de door huurder betaalde borgsom.
5.5        Als verhuurder in een gerechtelijke procedure tegen huurder in het gelijk wordt gesteld, komen alle kosten die hij in verband met deze procedure heeft gemaakt voor rekening van huurder.
Artikel 6  Aflevering
6.1        Het vaartuig wordt aan de huurder afgeleverd op de in het huurcontract aangegeven locatie. Vanaf het moment van aflevering komen het vaartuig en het gebruik van het vaartuig voor rekening en risico van huurder.
6.2        Verhuurder zorgt ervoor dat bij de in lid 1 van dit artikel genoemde aflevering het vaartuig in goede staat verkeert, dat het conform de in het huurcontract genoemde bestemming gebruikt kan worden en dat het is voorzien van een voor het overeengekomen vaargebied geschikte veiligheidsuitrusting.
6.3        Huurder zal de inventaris vermeld op de door verhuurder aan huurder ter hand te stellen inventarislijst en de bij het vaartuig voor het betreffende vaargebied behorende veiligheidsuitrusting controleren op aanwezigheid.
6.4        Als de zich aan boord bevindende inventaris niet overeenstemt met de inventaris vermeld op de inventarislijst dan wel in geval de veiligheidsuitrusting onvolledig of ondeugdelijk is, zal huurder hiervan, voor afvaart, verhuurder aantoonbaar in kennis te stellen.
6.5        Voor de afvaart dienen partijen de conditielijst als deze beschikbaar is voor akkoord te tekenen. Verhuurder stelt een afschrift van de getekende conditielijst aan huurder ter hand.
Artikel 7  Gebruik
7.1        Huurder is niet bevoegd het vaartuig aan een derde in eigendom over te dragen, aan derden onder te verhuren of (mede) in gebruik te geven, te verpanden of op een andere manier te bezwaren, tenzij verhuurder hiervoor schriftelijk toestemming heeft gegeven.
7.2        Huurder gebruikt het vaartuig als een goed huurder en goed schipper, met inachtneming van de meegeleverde bedienings-, behandelings- en veiligheidsvoorschriften en overeenkomstig de in het huurcontract genoemde bestemming. Huurder zal het vaartuig doelmatig beveiligen en hier geen veranderingen in aanbrengen.
7.3        Huurder verklaart bevoegd te zijn met het vaartuig te mogen varen en in staat te zijn het vaartuig te beheersen in alle bestemmingen en vaargebieden waarvoor het vaartuig is ontworpen.
7.4        Huurder zal het vaartuig uitsluitend persoonlijk gebruiken, tijdens het varen altijd zelf aan boord zijn en als het vaartuig door een ander bemanningslid wordt bestuurd, daarvoor de volledige verantwoordelijkheid dragen.
7.5        Het is huurder die het vaartuig voert of stuurt verboden dit te doen terwijl hij onder invloed verkeert van een stof waarvan hij weet of redelijkerwijs moet weten dat het gebruik daarvan (al dan niet in combinatie met een andere stof) de vaardigheid voor het voeren of sturen van het schip kan verminderen, zodanig dat hij niet in staat geacht moet worden het schip naar behoren te kunnen voeren of sturen. Één en ander conform het gestelde in artikel 26 van de Scheepvaartverkeerswet.
7.6        Huurder zal het vaartuig niet gebruiken voor het huisvesten van meer mensen dan waarvoor het vaartuig volgens verhuurder geschikt is.
7.7        Huurder is verplicht om een aan het vaartuig geconstateerd defect of schade zonder vertraging aan verhuurder te melden.
Als huurder ten aanzien van deze meldingsplicht tekort schiet, dan is hij volledig aansprakelijk voor alle schade die verhuurder hierdoor lijdt.
7.8        De kosten die direct verband houden met het gebruik van het vaartuig, zoals haven-, brug-, kade-, sluis- en liggelden en kosten voor brandstof en/of andere verbruikszaken, zijn voor rekening van huurder.
Artikel 8  Onderhoud / Inspectie
8.1        Het onderhoud van het vaartuig, met uitzondering van het dagelijks onderhoud, komt voor rekening van verhuurder.
8.2        Huurder stelt het vaartuig op verzoek van verhuurder in gereinigde staat en zonder onderbreking ter beschikking voor inspectie en/of het door verhuurder uitvoeren van een reparatie en/of noodzakelijk onderhoud.
8.2        Huurder geeft verhuurder op voorhand uitdrukkelijk toestemming het vaartuig te betreden ter inspectie, reparatie en/of het uitvoeren van noodzakelijk onderhoud of terugname van het vaartuig.
8.4        Eventuele noodzakelijke reparaties aan het vaartuig mogen alleen na uitdrukkelijke voorafgaande toestemming van verhuurder door huurder zelf of een derde worden uitgevoerd.
8.5        Als verhuurder huurder toestemming heeft gegeven de werkzaamheden zelf of door een derde uit te laten voeren, vergoedt verhuurder aan huurder de geaccordeerde reparatiekosten, met dien verstande dat gespecificeerde rekeningen moeten worden overlegd.
8.6        Geeft verhuurder geen toestemming, maar voert huurder de reparatie desondanks toch uit of laat hij dat door een derde doen, dan komen de kosten hiervan voor rekening van huurder. Als uit de uitgevoerde werkzaamheden schade voortvloeit voor verhuurder, dan heeft hij het recht om volledige schadevergoeding te vragen.
Artikel 9  Onuitvoerbaarheid van de huurovereenkomst
9.1        Verhuurder heeft het recht de nakoming van zijn verplichtingen op te schorten, als hij door omstandigheden die bij het sluiten van de overeenkomst niet te verwachten waren en die buiten zijn invloedssfeer liggen, tijdelijk verhinderd is zijn verplichtingen na te komen.
9.2        Onder omstandigheden die niet door verhuurder te verwachten waren en die buiten zijn invloedssfeer liggen, worden onder andere verstaan de omstandigheid dat leveranciers van verhuurder niet of niet tijdig voldoen aan hun verplichtingen, het weer, aardbevingen, brand, verlies of diefstal van de te verhuren zaken, wegblokkades en stakingen of werkonderbrekingen.
Artikel 10  Verzekering van het vaartuig / Aansprakelijkheid huurder
10.1      Verhuurder zal, uitgaande van de risico’s verbonden aan het varen in het tussen verhuurder en huurder overeengekomen vaargebied, ten behoeve van huurder het vaartuig verzekeren tegen wettelijke aansprakelijkheid, cascoschade en diefstal.
10.2     Huurder is ten opzichte van verhuurder aansprakelijk voor alle schade door het (gebruik van het) vaartuig toegebracht of ontstaan. Ook voor schade aan het vaartuig, waaronder begrepen schade door vermissing, verduistering, diefstal, vervreemding en totaal verloren gaan van het vaartuig, is huurder aansprakelijk.
10.3     De aansprakelijkheid van huurder is beperkt tot het schadebedrag dat niet wordt vergoed door de door verhuurder afgesloten verzekering. Als verhuurder aanspraak moet maken op de voor het vaartuig afgesloten verzekering, is huurder gehouden het op grond van de polisvoorwaarden geldende eigen risico aan verhuurder te voldoen.
10.4      Huurder vrijwaart verhuurder volledig tegen aanspraken van derden tot schadevergoeding verband houdende met (het gebruik van) het vaartuig.
10.5      In geval van schade ontstaan aan of veroorzaakt met of door het vaartuig zal huurder verhuurder hiervan zonder vertraging in kennis te stellen. Huurder is volledig aansprakelijk voor alle schade die verhuurder lijdt als gevolg van het niet naleven van de meldingsplicht van huurder.
10.6      Huurder is verplicht alle mogelijke maatregelen te treffen, waardoor schade kan worden voorkomen of beperkt.
Artikel 11  Aansprakelijkheid verhuurder
11.1      Verhuurder is aansprakelijk voor schade die huurder lijdt en die het rechtstreeks en uitsluitend gevolg is van een aan verhuurder toe te rekenen tekortkoming. Voor vergoeding komt echter alleen in aanmerking die schade waartegen verhuurder verzekerd is, dan wel redelijkerwijs verzekerd had behoren te zijn.
11.2      Als het vaartuig niet op de overeengekomen datum of gedurende de gehele huurperiode aan huurder ter beschikking kan worden gesteld zal verhuurder alles in het werk stellen om huurder een vervangend vaartuig aan te bieden. Als verhuurder daar niet in slaagt of het door verhuurder aangeboden alternatief niet door huurder wordt geaccepteerd, is de aansprakelijkheid van verhuurder beperkt tot het terugbetalen aan huurder van reeds betaalde huurpenningen.
11.3      Niet voor vergoeding in aanmerking komt:
a. gevolgschade;
b. schade veroorzaakt door opzet of bewuste roekeloosheid van hulppersonen.
Artikel 12  Einde huurperiode
12.1      Aan het einde van de huurperiode draagt huurder het vaartuig over aan verhuurder op de overeengekomen tijd en plaats en in dezelfde staat als waarin hij het ontvangen heeft.
12.2      Als de overeengekomen huurperiode verstrijkt zonder dat het vaartuig op de vooraf overeengekomen tijd en plaats is teruggebracht, heeft verhuurder recht op een evenredige vermeerdering van de huursom en op vergoeding van verdere (gevolg)schade, behalve als de verlate teruggave niet aan huurder kan worden toegerekend.
12.3      Als het vaartuig niet op de overeengekomen tijd en plaats is teruggebracht en verhuurder daardoor het vaartuig niet ter beschikking kan stellen aan een opvolgende huurder, is de huurder die het vaartuig te laat terugbrengt gehouden om de schadevergoeding die de verhuurder aan de opvolgende huurder moet betalen aan verhuurder te voldoen.
12.4      Als naar het oordeel van verhuurder het vaartuig bij teruggave niet schoon is, is verhuurder gerechtigd het vaartuig voor rekening van huurder te (laten) reinigen. De met de schoonmaak gemoeide kosten mogen door verhuurder in mindering worden gebracht op de door huurder betaalde borgsom.
Artikel 13  Annulering
13.1      Als huurder de gesloten huurovereenkomst wil annuleren, moet hij verhuurder hiervan zo spoedig mogelijk schriftelijk in kennis stellen. In geval van annulering is huurder aan verhuurder een gefixeerde schadeloosstelling verschuldigd ter hoogte van:
–    20% van de overeengekomen huursom in geval van annulering tot 90 dagen vóór de aanvang van de huurperiode;
–    50% van de overeengekomen huursom in geval van annulering tot 60 dagen vóór de aanvang van de huurperiode;
–    75% van de overeengekomen huursom in geval van annulering tot 30 dagen vóór de aanvang van de huurperiode;
–    100% van de overeengekomen huursom in geval van annulering binnen 30 dagen vóór de aanvang van de huurperiode dan wel op de ingangsdatum van de huurperiode.
13.2      In geval van annulering door huurder kan hij verhuurder om “indeplaatsstelling” door een derde verzoeken. In het geval deze derde voor verhuurder acceptabel is, is huurder een opslag van 10% van de overeengekomen huursom met een minimum van € 50,- en een maximum van € 125,- verschuldigd.
Artikel 14  Boete en ontbinding
14.1      Huurder verbeurt aan verhuurder een onmiddellijk opeisbare boete van € 5.000,= indien huurder één of meer van de in de hierboven genoemde artikelen opgenomen verplichtingen schendt of handelingen nalaat en daarnaast een boete van € 1.000,= voor iedere dag dat de schending of het nalaten voortduurt nadat huurder hiervan schriftelijk bij aangetekende schrijven op de hoogte is gebracht. Alles onverminderd het recht van verhuurder de werkelijk geleden en/of te lijden schade te verhalen op huurder.
14.2      Verhuurder heeft het recht om, naast het opleggen van de in lid 1 van dit artikel genoemde boete, bij overtreding door huurder van het gestelde in de artikelen 7 en 8 de overeenkomst zonder ingebrekestelling en zonder rechterlijke tussenkomst te ontbinden. Huurder is in dat geval gehouden om het vaartuig met onmiddellijke ingang te verlaten.
14.3      Verhuurder heeft in het geval zich een situatie voordoet zoals beschreven in lid 2 van dit artikel het recht om alle door hem geleden schade aan huurder in rekening te brengen.
15.1      Het Nederlandse recht is van toepassing.
15.2      Bij een geschil zullen partijen trachten een regeling in der minne te bereiken. Zo nodig en als door beide partijen gewenst zal daarbij een derde bemiddelen.
15.3      Alleen de burgerlijke rechter die bevoegd is in de vestigingsplaats van verhuurder neemt kennis van geschillen, tenzij wettelijke regels zich daartegen verzetten. Verhuurder is gerechtigd van deze bevoegdheidsregel af te wijken en de wettelijke bevoegdheidsregels te hanteren.